Bij de berekening en uitbetaling van de vakantietoeslag voor de arbeidsongeschiktheidswetten in mei is een en ander misgegaan. De toeslag was in veel gevallen te laag vastgesteld. Deze fout kwam aan het licht doordat klanten reageerden op de uitkeringsspecificatie die online beschikbaar was gesteld. We hebben de circa 53.000 betrokken klanten een excuusbrief gestuurd en het te weinig ontvangen vakantiegeld eind mei uitbetaald. Bij deze tweede betaling is het bedrag in circa 285 gevallen niet naar de juiste bankrekening overgemaakt. Nadat deze fout ontdekt was, hebben we de ontvangers verzocht het bedrag terug te storten. In een aantal gevallen was het geld ten onrechte afgedragen aan beslagleggers. Deze betalingen zijn op verzoek van de betrokken uitkeringsgerechtigden gecorrigeerd. We nemen maatregelen om te voorkomen dat zich in de toekomst bij de vakantiegeldbetalingen weer fouten voordoen.
Er is ook een fout gemaakt in situaties waarbij in het jaar voorafgaand aan de uitbetaling beslag op de uitkering is gelegd en de hoogte van de beslagvrije voet in de loop van de tijd is aangepast. Bij de bepaling welk deel van de vakantietoeslag moet worden afgedragen aan de beslaglegger, is ten onrechte uitgegaan van de laatst bekende beslagvrije voet. In plaats hiervan had per maand de voor die maand geldende beslagvrije voet moeten worden gehanteerd. Een eerste analyse wijst uit dat in maximaal 3.100 gevallen te weinig aan beslagleggers kan zijn afgedragen en dat in maximaal 1.100 gevallen te weinig aan uitkeringsgerechtigden kan zijn uitbetaald. Onderzoek naar de precieze aantallen is in gang gezet en een herstelactie wordt voorbereid.